Koen Simmers NPB-hoofdbestuurder

Tijd voor nieuwe leiders!

Door een chronisch capaciteitstekort raakt de politie steeds meer verwijderd van de samenleving. De noodzaak om de werkdruk beheersbaar te houden dwingt het korps ertoe bepaalde meldingen niet langer op te volgen. Dat vraagt pijnlijke keuzes waar vooral het wijkgericht werken onder lijdt. Deze verminderde betrokkenheid bij de samenleving vormt een groot afbreukrisico voor het gezag van de politie – en dus voor haar effectiviteit. Er moet echt iets veranderen. Willen de nieuwe leiderstalenten zo snel mogelijk opstaan en hun verantwoordelijkheid nemen?

Wat mij betreft staat één ding als een paal boven water: er zijn duizenden politieagenten tekort. Dat is onmiskenbaar als je kijkt naar het maximum aantal politiemedewerkers waarvoor de politiek belastinggeld beschikbaar stelt, de zogenaamde personeelsformatie. De huidige formatie is vastgesteld in 2010, toen Nederland 16 miljoen inwoners kende. Sindsdien zijn er bijna twee miljoen mensen bijgekomen en is het takenpakket van de politie aanzienlijk verbreed en verzwaard (toeristen niet meegerekend). Het aantal inzetbare politiemensen is echter niet meegegroeid met deze ontwikkelingen. Sterker nog: tussen 2010 en 2017 is er zelfs jaren bezuinigd op de sterkte.  

Sterkteverdeling
De politiek heeft inmiddels erkend dat er dringend aanpassingen nodig zijn in de verdeling van de beschikbare politiesterkte over het land. Ruim een decennium lang is vastgehouden aan een regionale toewijzing op basis van verouderde criteria. Dat heeft geleid tot een zorgwekkende disbalans in de beschikbare capaciteit in (met name) landelijke gebieden in het noorden, oosten en zuiden van ons land. 

Capaciteit vrijspelen
Sommige critici beweren dat we voldoende politieagenten hebben, maar dat ze verkeerd worden ingezet. Je zou bijvoorbeeld enorm veel capaciteit kunnen vrijspelen door de drugshandel te decriminaliseren en (overdadig) drugsgebruik in eerste instantie als een sociaal-medisch probleem te zien. Daar zit een kern van waarheid in. Toch is het decriminaliseren van zaken volgens mij niet de oplossing voor de capaciteitsproblemen bij de politie. Criminelen zullen dan gewoon een ander verdienmodel zoeken. Criminaliteit heeft altijd bestaan en zal altijd blijven bestaan.

Blauw versus recherche
Wat valt er te winnen door een meer gerichte inzet van de beschikbare politiecapaciteit? Een collega hoorde ik onlangs betogen dat het onzinnig is om zes politiewagens naar een overval te sturen. De kans is immers klein dat de overvaller direct kan worden gepakt. In de praktijk wordt hij na enkele weken of maanden opgespoord door rechercheonderzoek. De collega pleitte dan ook voor een verschuiving van middelen van blauw naar de recherche. Het is voldoende om naar een overval één of twee politieauto’s te sturen voor de aangifte.

Vertrouwen in de politie
Ik ben het daar deels mee eens, maar ik zou zo’n organisatorische beperking toch onverstandig vinden. Volgens mij is het van enorm belang voor het vertrouwen in de politie dat er meerdere eenheden reageren op een melding van bijvoorbeeld een overval of een vermist kind. Als ik thuis overvallen zou worden en er komt slechts één politieauto opdagen, dan zou ik me niet gesteund en geholpen voelen door onze overheid. Gevolg: een dalend vertrouwen in de politie als organisatie. Het gemeten vertrouwen in de individuele politiemensen is nog steeds erg hoog, maar dat kan veranderen als we niet langer in staat worden gesteld om overtuigend in te grijpen.

Overigens is het zeker noodzakelijk om aanzienlijk te investeren in de recherche en de mensen die daar werken. Momenteel is het financieel niet erg aantrekkelijk om vanuit het straatwerk over te stappen naar de recherche. Daar kun je namelijk moeilijker doorgroeien (brigadier of inspecteur worden) dan op straat. Dat is een drempel die meer aandacht verdient. Ook spreek ik regelmatig mensen buiten de politie die graag rechercheur zouden worden, maar de daarvoor noodzakelijke basisopleiding tot agent of hoofdagent op straat niet willen volgen. Het zou goed zijn als er een ander kwalificatietraject beschikbaar zou komen voor deze aspirant-rechercheurs.

Tijd voor investeringen
Al met al is er dringend behoefte aan investeringen in de politie, als onderdeel van een meer algemene herwaardering van de publieke sector. Het is tijd om de uitdagingen op het gebied van capaciteit en werkdruk aan te pakken. Alleen dan kan de Nationale Politie effectief blijven functioneren. Dat vereist dat we midden in de samenleving staan en ons gezag niet (verder) verliezen. De mensen moeten erop kunnen rekenen dat de politie voor iedereen in onze maatschappij bereikbaar en beschikbaar is.

Professionele ruimte
Daar kunnen we om te beginnen aan bouwen door meer en beter samen te werken met onze partners. Daarnaast door collega’s te stimuleren zichzelf te ontwikkelen binnen de politie, zodat het voor hen aantrekkelijk(er) wordt daar te blijven werken. Datzelfde doel moet wat mij betreft worden nagestreefd door collega’s (meer) ruimte te geven voor lokaal maatwerk. Ze moeten niet strakker worden aangestuurd, maar vooral kunnen handelen op basis van hun eigen professionele inzicht. Soms is het beter om als wijkagent een kind (verdachte) naar de ouders te brengen in plaats van een strafrechtelijk traject met veel papieren rompslomp te starten. Officieel kan dat niet, maar daar zou wat mij betreft verandering in moeten komen.  

Nieuw leiderschap
Het realiseren van deze doelen vereist een cultuurverandering binnen de politie. We hebben mensen nodig die dat begrijpen en de verantwoordelijkheid aandurven om deze complexe organisatie een andere koers te laten varen. Daarvoor is sterk en nieuw leiderschap noodzakelijk. En ik zal je eens wat vertellen: de personen die over de juiste talenten beschikken om die leiding te geven, hebben we al lang in huis.

Nieuwe leiders, het is tijd om een stap naar voren te doen. Mijn steun heb je.

Meer over:
Blog