ABP verhoogt vanaf januari 2025 zijn pensioenen met 1,8 procent. Daarmee wordt de helft van de inflatie op het jaarlijkse meetmoment – 1 september – gecorrigeerd. Die inflatie was toen 3,56 procent. Helaas is een grotere koopkrachtinjectie niet mogelijk, zelfs niet op basis van de versoepelde regels die sinds 2022 van kracht zijn vanwege de komst van het nieuwe pensioenstelsel vanaf 2027/2028.
In 2025 blijft de maandelijkse premie voor politiemensen hetzelfde: 27 procent van het pensioengevend salaris. Van dit premiebedrag betaalt de werkgever 70 procent en de werknemer 30 procent.
Met de verhoging vanaf januari inbegrepen zijn de pensioenen in vier jaar tijd met 20 procent gestegen. Dat is een rechtstreeks gevolg van het landelijk pensioenakkoord uit 2019. Daarin is onder andere afgesproken dat de pensioenfondsen in de aanloop naar het overeengekomen nieuwe pensioenstelsel (invoering in 2027/2028) alvast meer wettelijke mogelijkheden krijgen voor inflatiecorrectie.
Onder druk van de FNV – de grootste vakcentrale van Nederland, waarbij ook de NPB is aangesloten – heeft de regering in 2021 het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen gewijzigd. Daardoor kunnen pensioenfondsen eerder hun pensioenen verhogen om de koopkracht op peil te houden. Concreet kunnen ze daartoe overgaan als hun gemiddelde dekkingsgraad over de afgelopen twaalf maanden hoger is dan 105 procent. Tot 1 juli 2022 was een gemiddelde dekkingsgraad van 110 procent wettelijk vereist.
De dekkingsgraad geeft aan hoe ‘financieel gezond’ een pensioenfonds is. Het is de verhouding tussen de bezittingen (het vermogen) van een fonds en de pensioenverplichtingen: alle nu en in de toekomst uit te keren pensioenen. Een dekkingsgraad van 100 procent betekent dat er voor iedere euro die het fonds moet betalen precies één euro in kas is. Is de dekkingsgraad lager, bijvoorbeeld 90 procent, dan is er voor iedere euro die betaald moet worden maar 90 eurocent. Is het bijvoorbeeld 110 procent, dan is er voor iedere euro die betaald moet worden 1,10 euro in kas. De dekkingsraad fluctueert, wordt maandelijks vastgesteld en is sterk afhankelijk van de rentestand.
Versoepelde verhogingsregels
ABP wil op 1 januari 2027 overstappen naar een nieuwe pensioenregeling en op dat moment een dekkingsgraad hebben van minstens 101,5 procent – en liefst natuurlijk hoger. Om dat te realiseren heeft ABP besloten in de tussenliggende jaren alleen inflatiecorrectie toe te passen als de dekkingsgraad op 31 oktober van een jaar 110 procent of hoger is. Bovendien wordt in dat geval slechts een procentuele verhoging doorgevoerd die de dekkingsgraad niet onder de 110 procent doet belanden.
Hoe zat het ook alweer?
ABP heeft in 2022, 2023 en 2024 maximaal gebruik gemaakt van de extra beleidsruimte op indexatie-gebied door de pensioen met respectievelijk 2,39 procent, 12 procent en 3,03 procent te verhogen. Dat was telkens mogelijk door een voldoende hoge dekkingsgraad: in oktober 2023 kwam die bijvoorbeeld uit op 113,7 procent.
ABP-overbruggingsplan