Meneer Akerboom, wat doet u nu?
Dat de onderhandelingen voor onze nieuwe politie-CAO een zware dobber worden, dat wisten we al door het regeerakkoord 2017. Extra geld voor de politieorganisatie is er wel, stond daarin te lezen, maar alleen ten koste van het personeel. Het korps kan extra middelen krijgen om haar capaciteit uit te breiden, maar uitsluitend op voorwaarde dat de medewerkers inleveren op die lastige regeltjes en rechten op het gebied van hun arbeids- en rusttijden. Ook zou onze nieuwe regering graag zien dat oudere politiemensen nog wat langer doorwerken.
Daarmee kwam de rekening voor een slecht uitgevoerde reorganisatie, een overambitieus regeerakkoord, structurele onderbezetting en een ziekmakende werkdruk op het bordje van de individuele politiemensen te liggen. En niet alleen dat: daarmee stonden de verhoudingen tussen onze werkgever, de minister van Justitie en Veiligheid, en werknemers zoals u en ik meteen op scherp voor wat betreft de CAO-onderhandelingen.
Flexibel
In de inzetbrief van onze werkgever, van 22 januari 2018, wordt dan ook hard ingezet op meer flexibiliteit. De werkgever zoekt naar een route om ‘politie-specifieke beperkingen ten opzichte van de Arbeidstijdenwet af te schaffen’. Dat is unfair. Er zijn ‘politie-specifieke beperkingen’ nodig, eenvoudigweg omdat van de gemiddelde politiemens veel meer gevraagd wordt dan van de gemiddelde werknemer in het bedrijfsleven. Modaliteiten, verantwoorde werk- en rusttijden, partiële uittredingen, nachtdienstontheffingen en een gegarandeerd aantal vrije weekenden beschermen de politiemedewerker tegen roofbouw.
Wat doet u nu?
Tot mijn verbazing, lieve meneer Akerboom, blijkt u niet alleen aan deze inzetbrief te hebben meegewerkt, maar neemt u straks niet aan mijn kant van de onderhandelingstafel plaats. U houdt zich zelfs niet neutraal afzijdig, zoals uw voorganger deed. Nee, u laat met uw handtekening onder die inzetbrief weten dat u tegenover ons gaat zitten. Moest dat nou zo?
Waarom laat u zich voor dat politieke karretje spannen? Waarom vertelt u de dames en heren politici niet gewoon waar het op staat: alle waar naar zijn geld. Dit is de politie waar u voor betaalt; wilt u meer en beter, dan zult u meer en beter moeten investeren.
Duivels dilemma
Uw Nationale Politie draait de laatste jaren alleen nog op de loyaliteit van haar medewerkers. Als dank stellen minister Grapperhaus en u nu politiemensen (en hun vakbonden) voor een duivels dilemma: er komt extra arbeidsvoorwaardengeld, maar alleen ten koste van hun rechtspositie. De reacties van uw medewerkers daarop zullen u vast niet ontgaan zijn. De meesten van ons zijn teleurgesteld en voelen zich in de steek gelaten. Ik ook. Mijn vertrouwen in u heeft een knauw gekregen.
U heeft laten weten dat uw handtekening onder de inzetbrief een formaliteit was en dat u straks, aan de onderhandelingstafel, wel voor ons zult opkomen.
Ik zou er zo graag op durven vertrouwen. Maar weet u wat het is met vertrouwen? Het komt te voet. En het gaat te paard.