RVU-overbruggingsregeling politiesector ondertekend
Op dinsdag 19 november heeft NPB-voorzitter Nine Kooiman officieel haar handtekening gezet onder de RVU-overbruggingsregeling waarover de bonden en de werkgever het op 9 oktober eens waren geworden. Ook politieminister David van Weel en korpschef Janny Knol tekenden het akkoord, net als de voorzitters van de politiebonden ACP en Equipe. De regeling behelst een aanpassing van de tijdelijke politie-RVU 2021-2025.
Eind 2023 werd duidelijk dat er weinig schot zat in de landelijke onderhandelingen over een nieuwe (structurele) Regeling vervroegd uittreden (RVU) vanaf 2026. Daardoor dreigde in 2025 bijna een hele jaargang politiemedewerkers benadeeld te worden in hun opties voor een vervroegd pensioen, te weten de collega’s geboren voor 1 oktober 1961.
De politiebonden hebben dat weten te voorkomen door met de minister van Justitie en Veiligheid en de korpsleiding af te spreken de doelgroep voor de lopende (tijdelijke) politie-RVU te verruimen met één jaargang (het HELE geboortejaar 1961). Die afspraak kwam tot stand om tijd te winnen voor het bereiken van een structureel akkoord over het vroegpensioen voor de jaargangen vanaf 1962, vandaar de term overbruggingsregeling.
Negen dagen later - op vrijdag 18 oktober – bleken de vakbondskoepels, de werkgeversorganisaties en minister Eddy van Hijum van Sociale Zaken het al eens te zijn over zo’n nieuwe landelijke kaderregeling. Op basis daarvan moet nu een permanente politie-RVU vanaf 2026 worden uitonderhandeld voor de jaargangen 1962 en verder. De gesprekken daarover tussen de politiebonden en de politiewerkgever zijn inmiddels gestart.
LEES MEER over het nieuwe landelijke RVU-kaderregeling vanaf 2026.