15 mei 2018

Nationale Politie verkwanselt PTSS-erfenis Opstelten

Politiemensen die door hun werk last krijgen van een posttraumatische stressstoornis kunnen niet automatisch rekenen op compassie en begrip van hun werkgever. De opvang van deze collega’s gaat in te veel gevallen ellendig mis. Dat blijkt duidelijk uit de praktijkverhalen in het boek ‘Zie me staan’, dat de Nederlandse Politiebond deze maand uitgeeft.

Schrijfster Trea van Vliet sprak uitgebreid met zeven NPB-leden die door hun politiewerk het slachtoffer werden van PTSS. Zij kregen daardoor last van een slopende combinatie van nachtmerries, prikkelbaarheid, woede-uitbarstingen, achterdocht, concentratieproblemen, schrikachtigheid en vermijdingsgedrag.

Weinig compassie
Helaas toonde het korps vervolgens weinig compassie met deze collega’s en hun verwaarloosde mentale blessures. Hun klachten werden niet herkend of niet serieus genomen, het korps toonde sowieso niet of nauwelijks persoonlijke aandacht en was zeer snel geneigd mensen af te schrijven (= te ontslaan) of de erkenning dat er sprake was van een werkgerelateerde PTSS zoveel mogelijk tegen te werken.

Fatsoenlijk PTSS-beleid
Deze manier van omgaan met PTSS-slachtoffers staat haaks op het beleid dat voormalig minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten voor ogen stond toen hij begin 2013 een landelijke PTSS-richtlijn voor de politiesector afkondigde. NPB-voorzitter Jan Struijs: ‘Het is inmiddels algemeen bekend dat Opstelten de invoering van de Nationale Politie overhaast en slecht doordacht heeft doorgedrukt. Maar er is minstens één ding waarvoor politiemensen hem dankbaar mogen zijn en dat is zijn grote bereidheid om met de NPB en de andere politiebonden samen te werken aan een fatsoenlijk PTSS-beleid. Het is dan ook schrijnend om te zien hoe slecht de ook door hem nagestreefde PTSS-zorg anno 2018 wordt uitgevoerd.’

KLIK HIER voor de reactie van minister Grapperhaus op de inhoud van het NPB-boek Zie me staan.

SPECIALE AANBIEDING VOOR NPB-LEDEN

NPB-leden kunnen gratis een exemplaar van ‘Zie me staan’ aanvragen via de NPB-app. Als je dit doet vóór 29 mei krijg je het boek ook gratis toegestuurd. Vanaf 29 mei brengen we (alleen) de verzendkosten in rekening.

Niet-leden kunnen het boek kopen voor € 14,95. Vul hiervoor het speciale digitale bestelformulier in. Wanneer je het formulier hebt ingevuld kun je € 14,95 overmaken naar: NL41RABO0331128411 t.n.v. Nederlandse Politiebond, Utrecht onder vermelding van: ‘Zie mij staan’. LET OP: De naam die je invult op het formulier moet hetzelfde zijn als de naam van het rekeningnummer waarvan je het bedrag overmaakt!

Meldpunt onderbezet
Politiemensen met verwaarloosde mentale blessures worden door het korps niet zo zorgvuldig behandeld als zou moeten. Op papier kan alles goed geregeld zijn, maar dat zegt nog niets over de praktijk. Struijs: ‘Dat verschil is nog altijd zorgwekkend. Het is een hele verbetering dat het korps het Meldpunt PTSS heeft geopend, maar dan moet de bezetting ook wel dusdanig zijn dat de meldingen snel de vereiste aandacht krijgen. Momenteel worden meldingen volgens het korps ‘gemiddeld binnen drie maanden’ in behandeling genomen. Dat is gewoon te lang als het gaat om mensen met psychosociale problemen.’

Duikgedrag
Eenmaal in behandeling genomen is het volgende struikelblok de managementcultuur binnen de Nationale Politie. Struijs: ‘In de huidige cultuur levert het blijkbaar punten op als je een zieke medewerker zo lang mogelijk laat wachten op de erkenning van zijn PTSS als beroepsziekte of op een smartengeldvergoeding. Keer op keer haalt het korps juridisch alles uit de kast om onder de erkenning van nieuwe PTSS-diagnoses uit te komen. Aan het bestrijden van dit duikgedrag hebben onze eigen juristen al jaren hun handen vol. Ook toont het korps weinig tot geen ambitie in het bedenken en realiseren van extra mogelijkheden om collega’s met erkende PTSS de kans te geven op een succesvolle re-integratie.’

Blijvende invaliditeit
De werkgever lijkt zich er niet van bewust dat hij door zijn stugge, defensieve opstelling de gezondheidsproblemen van medewerkers met PTSS-symptomen verergert. Struijs: ‘Het is wetenschappelijk vastgesteld dat mensen met werkgerelateerde PTSS eerder vervallen in een conditie van blijvende invaliditeit als hun werkgever te weinig erkenning en waardering toont voor hun situatie. Het op de lange baan schuiven van het erkenningsproces en het bieden van te weinig mogelijkheden voor re-integratie is dus ongunstig voor de collega’s in kwestie en voor de werkgever. In feite is er dus sprake van een lose/lose-situatie.’

Politieke verantwoordelijkheid
De persoonlijke verhalen van PTSS-slachtoffers in ‘Zie me staan’ maken pijnlijk duidelijk met hoeveel nonchalance en desinteresse ziek geworden medewerkers binnen de Nationale Politie na jarenlange trouwe dienst op een zijspoor kunnen worden gezet. Struijs: ‘Ook de politiek mag zich door deze verhalen aangesproken voelen. De kille manier waarop het korps op de gezondheidsproblemen van deze collega’s heeft gereageerd is immers voor een groot deel terug te voeren op de bezuinigingen die de politie de afgelopen tien jaar zijn opgelegd.’

De NPB zal bij de werkgever blijven aandringen op een zorgvuldig uitvoering van het in 2013 afgesproken PTSS-beleid. Struijs: ‘Dat gebeurt zoals altijd aan de overlegtafel, maar zeker ook door individuele juridische acties voor NPB-leden. Dat dit vakbondswerk nog altijd hard nodig is, zal iedereen na het lezen van ‘Zie me staan’ alleen maar kunnen beamen.

Meer over:
PTSS