NPB-lid Pieter Beun (98) over zijn politietijd

Begin september brachten Bouke Bakker en Anita Meulenberg namens de NPB-afdeling Zeeland/West-Brabant een bezoekje aan één van de oudste leden van de NPB. Hij heet Pieter Beun, woont in Goes en is 98 jaar.

De heer Beun is sinds 1 januari 1939 lid van de NPB en dat vond de afdeling reden genoeg om hem te gaan verrassen met een beeldje en bloemen. Dat leidde tot een feestelijke ontmoeting met koffie en gebak, in aanwezigheid van zijn zoon, schoondochter, kleindochter en achterkleinzoon.

Het duurde niet lang of de heer Beun begon herinneringen aan zijn loopbaan op te halen. Hij vertelde dat hij in 1939 lid was geworden van ‘het rooie bondje van (Gerrit) van Putten’, de Algemeene Bond van Politiepersoneel in Nederland (ABvPN). Voor de Tweede Wereldoorlog moest je namelijk eerst lid worden van een bond voor je bij de politie kon solliciteren. In 1946 zou de ABvPN fuseren met de Algemeene Nederlandse Politiebond (ANPB), de Amsterdamsche Politiebond (APB) en de Rijkspolitie Vereniging (RPV). Daarmee was de Nederlandsche Politiebond (NPB) een feit.

Door de oorlog kon Pieter Beun pas in 1945 als agent beginnen. De opleiding duurde toen een jaar, één dag in de week een cursus op het districtsbureau van de Rijkspolitie in Middelburg en een cursus bij de LOI (bestond toen ook al).

Zijn carrière startte bij de Rijkspolitie in Retranchement. Hij kreeg daar veel te maken met smokkelaars die clandestien goederen van België naar Nederland probeerden te vervoeren. Ze werden vaak met spijkerbedden tegengehouden en menigeen belandde daardoor met zijn auto in het kanaal.

Lid van de bondOpleidingSmokkelaars

Dit bericht is gepost in Nieuws. Bookmark de link.