Effectief leiderschap is voor een politieorganisatie van groot belang. Bij de invoering van de Nationale Politie zijn echter twee ingrijpende veranderingen doorgevoerd die de ruimte daarvoor flink hebben verminderd. Ten eerste werd gekozen voor een grootschalige en gecentraliseerde opzet van het korps, die de interactie tussen de collega’s en hun (directe) leidinggevenden heeft verminderd en/of sterk geformaliseerd. Ten tweede werd voor het aantal politiemedewerkers een maximum gesteld. In feite werd daardoor de bestaande onderbezetting doodleuk overgeheveld naar het nieuwe korps. De nieuwe leidinggevenden op de werkvloer werden opgezadeld met de praktische gevolgen (roosters niet rond te krijgen, oplopend ziekteverzuim).
Anno 2018 zijn de funeste gevolgen voor het leidinggeven binnen de politie onmiskenbaar. Teamchefs en sectorhoofden melden al jarenlang dat zij door de enorme werkbelasting niet voldoende aandacht kunnen geven aan hun personeel. En dus kunnen ze ook onvoldoende werk maken van hun voorbeeldfunctie op integriteitsgebied. Tegelijkertijd worden ze wel geacht jaarlijks 9.000 klachten over de politiemedewerkers en 1.500 interne onderzoeken af te handelen. In veel gevallen volgen ze dan maar blindelings het juridisch advies, hetzij uit tijdgebrek, hetzij omdat ze te weinig weten van het probleem of de collega in kwestie.
De NPB heeft drie jaar moeten procederen om één van zijn leden vrijgesproken te krijgen van plichtsverzuim. Zijn leidinggevende had volgens de rechter te weinig rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de politieambtenaar. Binnen de Nationale Politie is het risico daarop vrij groot, gewoon omdat het voor een leidinggevende ondoenlijk is om al zijn medewerkers goed te kennen. Dat is een ingebouwde onmogelijkheid en een van de redenen waarom de Nationale Politie in zijn huidige vorm op gespannen voet staat met de principiële vereisten van goed georganiseerd politiewerk.
OverbelastOnpersoonlijk