1 december 2020

Werkgever erkent OVW-rechten Intelligence

Alle Medewerkers en Generalisten Intelligence krijgen vanaf najaar 2020 aanspraak op OVW-uitloopperiodieken. Dat heeft de werkgever officieel besloten in reactie op het oordeel van de Centrale Raad van Beroep dat aan deze functies in 2014 te weinig OVW-punten zijn toegekend. Voor collega’s die hiertegen samen met de NPB juridisch in verzet zijn gekomen geldt de aanspraak maximaal vanaf 2012 (als ze binnen de bezwaartermijn actie hebben ondernomen) of vanaf de datum waarop hun herzieningsverzoek is ingediend.

LET OP: Het is nog niet duidelijk op welke termijn dit besluit zal leiden tot uitbetaling van de met terugwerkende kracht verschuldigde bedragen. Uiteraard hebben de bonden aangedrongen op een zo spoedige berekening en uitkering.

Verzwarende werkomstandigheden
Bij het opzetten van het Landelijk Functiegebouw Nederlandse Politie (LFNP) zijn aan de functies Medewerker en Generalist Intelligence te weinig punten toegekend voor Onvermijdelijk Verzwarende Werkomstandigheden (OVW). Dat heeft ertoe geleid dat deze collega’s jarenlang ten onrechte niet in aanmerking zijn gekomen voor uitloopperiodieken in een hogere schaal. Aldus het definitieve oordeel van de hoogste bestuursrechter op 20 augustus van dit jaar in een door de NPB en ACP aangespannen rechtszaak.

Uitloopperiodieken
Juridisch kwam daardoor vast te staan dat aan de functie van Medewerker Intelligence minstens 24 OVW-punten en aan de functie Generalist Intelligence minstens 32 OVW-punten toegekend moeten worden, wat de betreffende collega’s recht geeft op uitloopperiodieken. Het wachten was op een formeel besluit van de werkgever (minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid) in lijn met de rechterlijke uitspraak. Dat besluit is in november bekendgemaakt in het vaste (maandelijkse) arbeidsvoorwaardenoverleg met de bonden (het CGOP).

Over de praktische uitvoering van dit besluit vindt nog overleg plaats tussen de werkgever en bonden. De NPB heeft opheldering gevraagd over een aantal zaken die de werkgever tot nu toe in het midden heeft gelaten. Om het goede voorbeeld te geven heeft de NPB daarbij heel duidelijk opgeschreven welke concrete gevolgen het besluit volgens ons zou moeten krijgen. Dat zijn achtereenvolgens:

  • Alle Medewerkers en Generalisten Intelligence krijgen met ingang van de eerste salarisbetaling na de uitspraak van de Centrale Raad – om precies te zijn: de salarisbetaling van augustus 2020 – recht op OVW-periodieken. Zij krijgen vanaf die maand het salaris uitbetaald dat overeenkomt met de OVW-ontwikkeling die ze zouden hebben doorgemaakt als hun functie in 2014 voldoende OVW-punten toegekend had gekregen.

Voorbeeld 1: een Generalist die op dit moment al langer dan vijf jaar op het maximum in schaal 7 staat, krijgt vanaf augustus 2020 recht op het salaris in de vijfde en laatste uitloopperiodiek van schaal 8. Dus dat is het maximum in uitloopschaal 8 en dat is nu een bruto maandsalaris van €3.882,15 bij een 36-urige werkweek.

Voorbeeld 2: een Generalist die in periodiekmaand november 2016 op het maximum in schaal 7 kwam te staan, krijgt vanaf augustus 2020 recht op het salaris in de derde uitloopperiodiek van schaal 8. Dus dat is uitloopschaal 8 met OVW 3 en dat is nu een bruto maandsalaris van €3.690,77 bij een 36-urige werkweek. Per november van dit jaar volgt dan inschaling in uitloopschaal 8 met OVW 4, zijnde € 3.805,60.

  • Medewerkers en Generalisten Intelligence die in 2014 tijdig bezwaar hebben gemaakt en in het verlengde daarvan bij de beroepsprocedure van de NPB en ACP betrokken zijn, krijgen recht op OVW-periodieken met een maximale terugwerkende kracht  tot 1 januari 2012. 

Voorbeeld: een Medewerker die in 2014 het maximum in schaal 6 bereikte, krijgt met terugwerkende kracht recht op het salaris in de drie uitloopperiodieken in schaal 7: de eerste vanaf zijn periodiekmaand in 2015, de tweede vanaf zijn periodiekmaand in 2016 en de derde vanaf zijn periodiekmaand in 2017.

  • De Medewerkers en Generalisten Intelligence die een herzieningsverzoek hebben ingediend krijgen recht op OVW-periodieken met terugwerkende kracht tot de datum waarop hun herzieningsverzoek is ingediend.

Geen coulanceregeling
De bonden hebben voorgesteld om Medewerkers en Generalisten die geen bezwaar/beroep hebben ingesteld uit coulance dezelfde aanspraak te gunnen als collega’s die dat wel hebben gedaan. Die suggestie is door de werkgever afgewezen.

Geen proefproces
Hetzelfde geldt voor het voorstel van de bonden om de rechtmatigheid van de terugwerkende kracht in bepaalde gevallen (afgewezen herzieningsverzoek of geen herzieningsverzoek) door de rechter te laten toetsen in een nieuw proefproces. De NPB vindt het teleurstellend dat de werkgever zich zo weigerachtig heeft opgesteld. Daarbij speelt mee dat een zorgvuldige analyse van de huidige jurisprudentie ons ervan heeft overtuigd dat het alsnog aanspannen van individuele zaken – de enige overgebleven manier om in deze kwestie nog juridisch in actie te komen – geen enkele kans op resultaat biedt en dus zinloos moet worden geacht.

We zullen het dus moeten doen met de praktische uitwerking van het baanbrekende besluit van de Centrale Raad van Beroep. Zodra bekend is in hoeverre de werkgever onze visie op de rechtspositionele gevolgen onderschrijft, melden we dat uiteraard.