Professionele ruimte
Een van de genoemde hoofddoelen in de plannen voor de Nationale Politie was het scheppen van ‘meer professionele ruimte voor de politie’. Opmerkelijk, want de opzet van het korps was een strakke hiërarchische lijnorganisatie, gericht op een scherpe resultaatgerichte sturing.’
De afgelopen tien jaar is van deze mooie belofte dan ook weinig terechtgekomen. Anno 2023 geldt helaas nog steeds de constatering van de evaluatiecommissie-Kuijken uit 2017: ‘Er wordt te veel top-down en teveel op veronderstelde uniformiteitsvoordelen gestuurd. (…) Met name in de bedrijfsvoering liggen er op dit punt nog altijd onopgeloste spanningen. (…) De korpsleiding moet ruimte scheppen, niet alleen in de operatie maar ook in het beheer, voor het professionele oordeel van eenheids- en teamchefs en hun niet-operationele equivalenten.’
De politiebonden zien het bevorderen van de professionele ruimte binnen de politie als een van de meest wenselijke verbeteringen van de werkcultuur. De Nationale Politie zal pas echt een modern korps worden als ze gaat draaien op het vertrouwen in de ervaring, kennis en kunde van haar medewerkers.
Een vereiste daarvoor is het organiseren van maximale professionele ruimte. De beschrijvingen in het Landelijke Functiegebouw Nationale Politie vormen op geen enkele manier een belemmering voor deze culturele ommezwaai. Het LFNP biedt zelfs een goede basis voor het scheppen van meer professionele ruimte voor de politie.
Het is dan ook een raadsel waarom de werkgever daar zo lang mee wacht. Deze meer autonome werkwijze past prima bij het zelfbeeld van de meeste politiemedewerkers en is bevorderlijk voor het prestatievermogen van de organisatie en het werkplezier van de individuele collega’s.