2 december 2021

CTER: signalen medewerkers genegeerd

De NPB vindt dat de werkgever te weinig oor heeft gehad voor de klachten van medewerkers over de spanningen binnen het samenwerkingsverband Contraterrorisme, Extremisme en Radicalisering. Dat is spijtig, want deze problemen hebben de werksfeer binnen CTER flink verzuurd en het prestatievermogen van dit bijzondere cluster binnen de Landelijke Eenheid ondermijnt. Dat concludeert de Inspectie Justitie en Veiligheid in een op 2 december gepubliceerd onderzoeksrapport.

De zogenaamde CTER-cluster werd in 2017 in het leven geroepen om terrorisme, extremisme en radicalisering tegen te gaan, maar blijkt door interne problemen niet goed in staat haar werk te doen, aldus de Inspectie. Die begon het onderzoek eerder dit jaar naar aanleiding van signalen van de werkvloer (opgepikt door de politiebonden) dat het team niet goed zou functioneren door gebrek aan tijd, middelen en mensen.

‘Eilandjes-denken’
De Inspectie komt vooralsnog vooral tot de conclusie dat er niet goed wordt samengewerkt. Er heerst een ‘cultuur van eilandjes-denken en eigenbelang’ en grote verdeeldheid over de eigen rol en taak. Zo is tussen de recherche en de inlichtingendienst niet altijd duidelijk wie wanneer de leiding heeft. Ook vindt de ene afdeling dat de andere haar eigenlijk meer zou moeten ondersteunen.

Het team komt adequaat in actie tegen personen die ervan verdacht worden bezig te zijn met het voorbereiden van aanslagen, aldus de Inspectie. Maar aan de andere kant lukt het ze onvoldoende om die personen zelf op hun radar te krijgen.

Zorgwekkend
‘Het goede nieuws is dat CTER doeltreffend opereert zodra er een dreiging bekend is,’ aldus Jan Struijs. ‘Het slechte nieuws is dat zijn preventieve taak niet goed uit de verf komt, waardoor er dingen blijven liggen.’ Zoals het monitoren van Syriëgangers en zorgen dat er een dossier klaarligt als iemand weer in Nederland opduikt. ‘Dat soort dingen gebeurt te weinig en dat is zorgwekkend.’

De politie zelf erkent dat het cluster ‘er nog niet uit haalt wat erin zit’ en probeert dit te verbeteren. In verband met de ‘heimelijkheid’ kan de politie alleen niet precies zeggen hoe.

Te gemakkelijk
De ACP vindt dat ‘te makkelijk’. ‘Dit soort rapporten zijn er vaker en dan zegt men steevast ‘We pakken het op’. Maar wij willen graag een gesprek over wat er concreet moet gebeuren en hoe wij dat kunnen monitoren,’ aldus de ACP. De NPB zegt dat het cluster ‘snel op orde moet komen, want we zijn nog niet van de dreiging van radicalisering af’.

Staatsveiligheid
Struijs vindt het jammer is dat het tot een onderzoek door de Inspectie heeft moeten komen. ‘Het is toch kwalijk dat medewerkers naar de politiebonden moeten lopen om dit boven water te krijgen. Waarom is de werkgever hier zelf niet mee gekomen? We hebben het hier wel over de staatsveiligheid.’ Ook vakbond ACP ziet in het rapport problemen staan waarmee het personeel al jaren worstelt, waaronder de onveilige werksfeer.