Bonden samen sterk in CAO-overleg
De NPB, ACP, ANPV en VMHP hebben afgelopen week met elkaar doorgepraat over de aanpak van het onderhandelingsproces voor een nieuwe politie-CAO om het resultaat te behalen dat zij voor ogen hebben. We staan aan het begin van de onderhandelingen – deze vrijdag is de tweede formele gespreksronde - die naar verwachting niet makkelijk zullen verlopen.
Uiteindelijk zal het wel tot een resultaat moeten leiden dat we kunnen voorleggen aan onze achterban. De vier politiebonden zullen dat gezamenlijk doen.
Nadat iedere bond zijn eigen inzet had vastgesteld, zijn de NPB, ACP, ANPV en VMHP met elkaar in gesprek gegaan om tot één gezamenlijke CAO-inzet te komen. In februari hebben de besturen van de bonden hiermee ingestemd met als belangrijkste vertrekpunt: een forse investering in de arbeidsvoorwaarden van het politiepersoneel. Na een aantal voorbesprekingen gingen 5 april de formele onderhandelingen van start. Er is toen afgesproken dat zowel de bonden als de werkgever enkele voorstellen uit hun inzetbrieven verder uitwerken.
Samenwerking bonden bekrachtigd
De bonden zijn daar nu druk mee bezig. Daarnaast hebben zij deze week om de tafel gezeten om afspraken te maken over de verdere gezamenlijke aanpak van de onderhandelingen. Onderdeel van de afspraken is het voorleggen van een uiteindelijk CAO-resultaat aan de achterban. Het is uiteraard nog niet te zeggen wanneer dat zal zijn. Wel hebben de bonden op voorhand afgesproken dat als de onderhandelingen tot een resultaat leiden, zij dat resultaat gezamenlijk voorleggen aan alle politiemedewerkers. Dit kan zijn door middel van bijeenkomsten en digitale ledenpeilingen. De verdere onderhandelingen met de minister en korpsleiding moeten nu eerst uitwijzen óf en wanneer het tot een resultaat komt. Op naar de tweede formele gespreksronde!
CAO-inzet bonden
In de gezamenlijke CAO-inzet eisen de politiebonden van de werkgever (de politiek) onder andere aandacht voor de onderbezetting binnen de Nationale Politie. Het gebrek aan capaciteit zorgt al jaren voor een veel te hoge werkdruk en een ongezond hoog ziekteverzuim (ruim 8 procent), waardoor de werkbelasting nog verder stijgt. Het is voor alle partijen - en zeker ook voor burgers - van groot belang dat hier zo snel mogelijk verandering in komt.