Vier jaar onderbetaling niet meer te repareren

Volgens de Centrale Raad van Beroep – de hoogste rechter in ambtenarenzaken – hebben praktijkdocenten die in 2017 zijn geplaatst in de nieuwe functie operationeel begeleider geen recht op terugwerkende kracht van deze plaatsing tot 2012 en ook niet op alleen OVW-periodieken vanaf dat jaar. Op basis van de huidige wet- en regelgeving is terugwerkende kracht op OVW-gebied volgens de Raad slechts mogelijk tot 1 juli 2016.

Een aantal docenten had samen met de NPB een rechtszaak aangespannen om hun onderbetaling aan te vechten. Voor slechts een van hen levert deze uitspraak een financieel gunstige uitkomst op.

NPB-advocaat Hans Dammingh noemt het oordeel van de Centrale Raad van Beroep ‘teleurstellend, maar ook wel enigszins te verwachten. Het was ongetwijfeld niet voor niets dat hij in maart 2019 een dringend beroep op de werkgever deed om dit langlopende beloningsconflict buiten de rechtszaal op te lossen. Het zou mij niets verbazen als de Raad toen al inzag dat de huidige wet- en regelgeving hem te weinig ruimte geeft om een materiële bijdrage te leveren aan het herstel van deze vertrouwensbreuk. Toch waren die mogelijkheden volgens mij wel degelijk aanwezig. Helaas heeft de Raad ervoor gekozen ze niet te benutten.’

Veel praktijkdocenten vinden dat ze sinds 2012 door de werkgever zijn onderbetaald. Vanaf dat jaar is binnen de Nederlandse politie een nieuw functiegebouw in gebruik met (in eerste instantie) niet meer dan 92 functies – het LFNP. De LFNP-functie die de praktijkdocenten kregen toegekend was Docent A, behorend tot het nieuwe functiedomein Ondersteuning.

Dammingh: ‘Dat viel deze collega’s koud op het dak. Kennelijk hadden de ontwerpers van het nieuwe functiegebouw zich niet gerealiseerd dat trainers en coaches van politiemensen zich tijdens hun werk ook in de openbare ruimte bevinden en dan zelf ook geüniformeerd en bewapend zijn, met alle risico’s en verplichtingen van dien. Dus ook bijvoorbeeld zelf actief ingrijpen als dat vereist is. Hun functie moet dan ook worden gezien als een speciaal soort operationele functie en had om die reden ingebouwd moeten worden in het functiedomein Uitvoering. Dat was echter niet gebeurd, terwijl van de docenten wel werd verwacht dat zij, net als hun collega’s op straat, in de uitvoering hun werk bleven doen.’

Al snel na de start van de Nationale Politie – in najaar 2014 – nam de Politieacademie het initiatief om voor de praktijkdocenten de uitvoerende functie operationeel begeleider toe te voegen aan het nieuwe functiegebouw. Daartoe werd inderdaad besloten, maar de invoering werd uitgesteld in verband met de gestarte personele reorganisatie binnen het korps. Pas vanaf op 25 april 2017 werd het LFNP met terugwerkende kracht tot 7 juli 2016 uitgebouwd met twee uitvoerende functies: operationeel begeleider A en B.

Nieuw functiegebouwVerkeerde functiedomein

Sindsdien zijn veel praktijkdocenten in een van de nieuwe functies geplaatst. Daardoor hebben ze in ieder geval vanaf dat moment aanspraak gekregen op de (eveneens vanaf 2012 bestaande) OVW-periodieken voor uitvoerende LFPN-functies. Maar voor velen is dat een (te) schrale troost. Dammingh: ‘Deze collega’s vinden dat de werkgever de verantwoordelijkheid moet nemen voor zijn keuze om medewerkers vanaf 2012 officieel een ondersteunende functie toe te kennen (Docent A) en hen vervolgens jarenlang een operationeel takenpakket te laten uitvoeren, dat pas in 2017 zou worden benoemd als de functie operationeel begeleider. Een functie die aanspraak geeft op OVW-periodieken. Wij hebben ook in hoger beroep opnieuw bepleit dat het niet meer dan redelijk en rechtvaardig zou zijn dat de werkgever deze medewerkers met terugwerkende kracht tot 1 januari 2012 op zijn minst aanspraak zou geven op OVW-periodieken.’

Nieuwe LFNP-functies

Dit bericht is gepost in Nieuws. Bookmark de link.